WILLEMSTAD – Schending van integriteit door politieambtenaren doet afbreuk aan de goede naam en de betrouwbaarheid van het politiekorps. Het politiekorps moet zodanig ingericht zijn dat integriteitsschendingen worden voorkomen. De Raad voor de rechtshandhaving (de Raad) toetst daarom of het Korps Politie Curaçao (KPC) toegerust is om de integriteit binnen het KPC te borgen en degelijke disciplinaire (integriteits)onderzoeken te verrichten.
Het huidige beleid van het KPC moet flink ter hand worden genomen, omdat het niet voldoet aan essentiële voorwaarden. Er worden geen integriteitstrainingen (continu) verzorgd en geen controles uitgevoerd op de werkplekken. Voorts ontbreken er voorzieningen in het kader van preventie om in een vroeg stadium ongewenst gedrag te signaleren. Bovendien blijkt dat het sanctiestel van het korps niet transparant is en dat dit stelsel geen rechtszekerheid biedt. Een ernstige tekortkoming is dat de Ministers van Justitie niet altijd tijdig een besluit nemen op voorstellen tot een disciplinaire strafoplegging. Dit zijn de conclusies van de Raad aan de hand van dit onderzoek.
De Rijkswet Politie bepaalt in artikel 45 dat het tot aanstelling bevoegd gezag van ambtenaren van politie voor de totstandkoming van een gedragscode moet zorgen. De gedrag-en beroepscodes zijn vastgelegd in het rechtspositiebesluit in de Ambtsinstructie politie. Er is ook een sanctiestelsel om overtreders van de gedragscodes te bestraffen. Het sanctiestelsel is opgenomen in voornoemd rechtspositiebesluit.
Volgens artikel 45 van de Rijkswet Politie moet het tot aanstelling bevoegd gezag ook zorgen voor een integriteitsbeleid dat onderdeel uitmaakt van het personeelsbeleid. Het integriteitbeleid voor de ambtenaren van politie is vastgelegd in de ‘Algemene gedragscode voor ambtenaren’ en in een instructie onder de naam ‘Regla ta Regla’. Integriteitsissues worden echter tijdens werkoverleggen niet aan de orde gesteld. Er worden geen functioneringsgesprekken gehouden om onder meer integriteitsissues te bespreken. Er worden geen scholing en vorming op het gebied van integriteit aangeboden. De korpsleiding is gestart met enkele trajecten om het kader aan te scherpen.
Het Bureau Interne Zaken (BIZ) is onder andere belast met de controle op de werkplekken. Het BIZ moet volgens het inrichtingsplan van het KPC een jaarplanning opstellen waarin de cyclus van de controles op de naleving van de integriteitsregels op de werkplekken wordt aangegeven. Wegens werkdruk stelt het BIZ echter geen jaarplanning op en is de controle op de werkplekken verwaterd.
Het BIZ stelt ook geen preventie beleidsplan en rapportages bij grootschalige optreden op zoals het inrichtingsplan van het korps dit voorschrijft. Er zijn wel enkele rapportages opgesteld van het beperkte aantal controles op de werkplek en van een gehouden wapeninspectie.
Er zijn geen procedures vastgesteld voor het BIZ om integriteitsonderzoeken te verrichten. Het KPC heeft een concept “Handleiding onderzoeken” opgesteld waarin procedures voor het BIZ zijn beschreven. Het BIZ registreert alle klachten in Excel. Dit programma monitort echter niet automatisch de termijnen om een onderzoek af te ronden en om ordemaatregelen te nemen. Er is een traject gestart om een nieuw registratiesysteem in te voeren.
De Minister van Justitie neemt niet altijd binnen één jaar, zoals in de jurisprudentie is bepaald, een beslissing op strafbesluiten. Dit heeft tot gevolg dat de betrokken politieambtenaren naar de ambtenarenrechter stappen en een beroep doen op het verstrijken van de termijn van één jaar. Hierdoor moeten de betrokken ambtenaren van politie die bijvoorbeeld een ontslagwaardig vergrijp hebben begaan, weer tot de dienst toegelaten worden. Er is geen medewerker bij het Ministerie van Justitie die de Minister van Justitie adviseert over de strafvoorstellen van het KPC. Er zijn geen procedures hiervoor beschreven.
Het aantal personeelsleden ingedeeld bij het BIZ is boven de vastgestelde formatie van 6full time equivalent. De personeelsleden van het BIZ hebben voldoende ervaring met het verrichten van (strafrechtelijke) onderzoeken. Een medewerker van het BIZ wordt gescreend alvorens bij het BIZ te gaan werken. Aan het hoofd van het Onderdeel Juridische Zaken (OJZ) van het KPC staat een jurist die de korpsleiding ondersteunt en adviseert in het kader van strafoplegging over disciplinaire vergrijpen.
Het volledige inspectierapport is digitaal beschikbaar op www.raadrechtshandhaving.com